Met Viertje op komst moeten we ook op jacht naar een auto waarmee 6 mensen relatief eenvoudig vervoerd kunnen worden. Met grote dank aan een familielid dat volop meedacht en af- en aanbeval, kwamen we uiteindelijk op een Mitsubishi Grandis uit. Onze dealer is momenteel hard op zoek naar een niet-grijs (wens van Pien) exemplaar.
Aangezien de kinderen erg geïnteresseerd zijn in automerken - Flinns lievelings srietroewèn is op dit moment een rr uh noo - lijkt het ons leuk ze vast te laten wennen aan het toekomstige merk. Dus als er voor ons bij het stoplicht eentje staat, zeg ik: "Kijk Flinn, dat is een Mitsubishi. Kan jij dat zeggen?" Het blijft even stil achterin en dan komt het eerlijke antwoord: "Nee, dat kan ik niet."
Even later rijden we weer en vraag Flinn naar het merk van de auto voor ons. Een Opel. "Dat kan ik wel zeggen: O-pol. En wat is die auto daarvoor?" Het betreft een BMW. "Dat kan ik ook zeggen: Ee-Haa-Bee!"
Flinn heeft de neiging de tandpasta van zijn tandenborstel te sabbelen in plaats van er zijn tanden mee te poetsen. Aangezien hij nogal competitief is, daag ik hem uit voor een wedstrijdje wie het beste zijn tanden kan poetsen. Als hij het na twee slagen voor gezien houdt, concludeer ik dat ik dus gewonnen heb. "Nou mama, dat ben ik niet met je eens."
Flinn zit aan de ontbijttafel te treuzelen met zijn boterham. Edouard spoort hem aan: "Zeg Flinn, ga jij die boterham nog opeten?"
"Nou, dat lijkt me niet, nee."
Aan de lunchtafel op het kinderdagverblijf gaat het gesprek over moeders. De meeste moeders zijn aan het werk. Flinn vraagt aan Diana, een van de leidsters, waar haar moeder is. "In de hemel, tussen de sterren," is het antwoord. Flinn, altijd gastvrij: "Oh, als ze terugkomt mag ze wel bij mij televisie komen kijken."
Als ik hem de volgende ochtend nog eens vraag waar de moeder van Diana is, zegt hij: "Op de maan..." stilte "of nee, tussen de sterren." Wat ze daar doet? "Even rondkijken."